Vanaf 2024 moet u, indien u niet bent vrijgesteld, voldoen aan de conditionaliteit GLMC 8 ‘niet-productief areaal’. Voor bepaalde bedrijven geldt een vrijstelling, bijvoorbeeld als u meer dan 75% grasland heeft. De basisvoorwaarde is dat u tenminste 4% van uw areaal bouwland inricht/gebruikt als ‘niet-productief areaal’.
Niet-productief areaal
De 4% niet-productief areaal (NPA) kunt u invullen met bijvoorbeeld sloten, bufferstroken, groene braak en landschapselementen. Heeft u bijvoorbeeld 50 hectare bouwland, dan moet u 2 hectare (4%) met deze elementen aanleggen. De elementen moet op of aansluitend aan uw bouwland liggen.
Weegfactor voor elementen
Voor de verschillende elementen geldt een weegfactor van 1, 1,5 of 2. Bij een weegfactor van 2 telt de oppervlakte van een element tweemaal mee voor NPA.
Aanpassing weegfactor sloot
In 2023 hadden alle sloten een weegfactor van 2. Vanaf 2024 heeft een sloot langs een onbeheerde akkerrand een weegfactor van 1 en langs een beheerde akkerrand een weegfactor van 2.
Groene braak niet na (blijvend) grasland
Vanaf 2024 is het niet toegestaan om blijvend grasland om te zetten naar groene braak. U kunt daardoor een perceel dat in 2023 blijvend grasland was, komend jaar niet gebruiken voor NPA (braak). Ook mag u tijdelijk grasland niet ‘laten staan’ om vervolgens in te zetten als NPA. U moet het gras eerst vernietigen om vervolgens een nieuw gewas te telen (inzaai of spontane opkomst). Echter dit is, met name op zand- en lössgrond, meestal niet toegestaan vanwege de graslandvernietigingsregels.
Geen productie, mest en gewasbeschermingsmiddelen
Op NPA vindt het gehele jaar geen productie plaats. U mag niet oogsten en/of beweiden. Ook mag u NPA het gehele jaar niet bemesten en hierop geen gewasbeschermingsmiddelen gebruiken.